Volkskrant THEATERRECENSIE FAT BOYS (6+)
Vincent Kouters 9 december 2018,
Beeld Sanne Peper
Fat Boys is een grappige, rauwe komedie en een ode aan alle onhandelbare jongetjes (vier sterren)
Daniëlle Wagenaars werk ging altijd over de buitenbeentjes en de binnenvetters.
Er is helemaal geen verhaal, alleen een personage. Jeugdvoorstelling Fat Boys is een portret van een eigenaardig kind, Thomas, dat niet binnen het systeem past. Dat is best bijzonder voor een voorstelling voor kinderen van 6 jaar en ouder. Veruit de meeste theatermakers voorzien dit jonge publiek in hun veronderstelde behoefte aan narratieve houvast. Maar niet schrijver en regisseur Daniëlle Wagenaar, die erop rekent dat de herkenbaarheid van haar grappige, gemankeerde personages zorgt voor het contact met het toeschouwers.
En dat lukt uitstekend, mede dankzij acteurs Eva Zwart als Thomas en Niek van der Horst in alle andere rollen, onder wie een wanhopige meester die Thomas in het gareel probeert te krijgen. Fat Boys is een grappige, rauwe komedie en tevens ode aan alle onhandelbare jongetjes op deze wereld.
Theaterkrant door Pieter Rings
Fat Boys (6+)
door Het Ministerie van Onverrichter Zake
tekst en regie: Daniëlle Wagenaar
gezien: 8/12, Theater De Krakeling, Amsterdam
tournee t/m 28/2
Wagenaar is geen onbekende in het jeugdtheater. Tussen 1996 en 2012 was zij artistiek leider van Het Syndicaat, een theatergroep voor jongeren. Nu is ze terug met een eigen groep: Het Ministerie van Onverrichter Zake, dat theater maakt voor kleine kinderen. Fat Boys is het visitekaartje. Wagenaars werk ging altijd al over de buitenbeentjes en binnenvetters, de onaangepasten die, nader beluisterd, een kleurrijk taalgevoel en een ongekende levenslust aan de dag leggen.
Fat boy Thomas is precies zo iemand. Je zou labels op hem kunnen plakken: adhd, iets in het autistische spectrum, gewoon een irritant rotjoch. Maar na een uur lang naar hem kijken, naar zijn fenomenaal korte aandachtsspanne, zijn hypergedrag, zijn obsessie met knaagdieren, zijn onstilbare honger en verlangen naar snoep, cola en andere e-nummerbommen, ontwaar je een overgevoelige levenskunstenaar in de dop.
Foto: Jean van Lingen
Theaterkrant
Het Ministerie van Onverrichter Zake
Het laatste koekje (3+)
ZORGVULDIG GECHOREOGRAFEERD GESTUNT MET STOELEN, THEEPOTTEN EN RAMMELENDE KOPJES
Sara van der Kooi
2 februari 2020
Gezien op 1 februari 2020, Theater de Krakeling, Amsterdam
Vooral niet denken aan, vooral niet praten over… als een grote roze olifant prijkt de koektrommel op een lange stok in de hoek van het kneuterige kamertje. Het kamertje van twee keurige heren, Victor en Thorsten, die het publiek een inkijkje gunnen in hun veilige en gestructureerde leventje.
Beiden zijn gekleed in kousen, knickerbocker, keurige blouse en spencer. Ze maken vanaf het begin de regels duidelijk: publiek zit dáar, wij hier. Er wordt hier niet geschreeuwd, niet gepraat, niet gezongen en zeker niet gedroomd over koekjes.
Victor en Thorsten houden van overzichtelijk en netjes. Hun glimmende theeserviezen staan in strakke rijen opgesteld, alles wordt voor gebruik keurig gepoetst met borstel of plumeautje. Daar voelen ze zich fijn bij. Maar de mannen hebben ook zo hun angsten: de deurbel, een ronkende auto en vooral: een vervelend keffend hondje voor hun deur. En ja, dan is een lekker koekje toch wel erg troostrijk.
Het laatste koekje is officieel de tweede voorstelling van jeugdtheatergroep Het Ministerie van Onverrichter Zake, opgericht door regisseur Danielle Wagenaar en theatermaker Niek van der Horst. Hun vorige voorstelling, Fatboys, werd in 2018 door pers en publiek erg goed ontvangen en wordt nog altijd veel gespeeld; er staan al boekingen in 2021 op hun site.
Scherp en zorgvuldig geregisseerde voorstellingen met een tikje absurdisme en een beetje venijn, lijken een specifieke kwaliteit van Wagenaar en Van der Horst. Ze werken ook al ruim twintig jaar regelmatig samen, en dat zie je. Zorgvuldig gechoreografeerd schuifelen de twee mannen door hun petieterige appartementje. Van der Horst is een fijn clowneske en innemende Thorsten, José Montoya een grappig stoïcijnse Victor.
Op slechts enkele vierkante meter stunten ze met stoelen, theepotten en stapels rammelende kopjes. Hun minimalistische liedjes zijn hilarisch. Inhoudelijk is het misschien een beetje mager, maar de vette lachsalvo’s van de kinderen en de verbazingwekkende aandacht voor het detail in deze voorstelling maken dat gebrek helemaal goed.
Foto: Jean van Lingen
RECENSIE HET LAATSTE KOEKJE
Het laatste koekje, een komedie voor de allerjongsten, valt op door zijn originaliteit ★★★☆☆
De twee acteurs, Niek van der Horst en José Montoya, spelen allesbehalve infantiel.
Vincent Kouters 6 februari 2020, 18:26
José Montoya en Niek van der Horst in Het laatste koekje.Beeld Jean van Lingen
Wie krijgt het laatste koekje? Een veel existentiëlere levensvraag kun je een 5-jarige niet voorleggen. Kies je voor jezelf of voor de ander? Altruïsme of egoïsme?
Dat is het hartverscheurende drama dat ten grondslag ligt aan Het laatste koekje, een voorstelling voor kinderen vanaf 3 jaar. De makers zijn acteurs Niek van der Horst en José Montoya, die samen met regisseur Danielle Wagenaar door het leven gaan als Het ministerie van Onverrichter Zake. Na vorig jaar Fat Boys te hebben gemaakt, over een onhandelbaar jongetje, komen ze nu met deze koekjeskomedie voor de allerjongsten. Moeilijk publiek om wezenlijke kunst voor te maken (die origineler is dan de morele lessen van een Nijntje), maar dit toneelduet valt op door zijn originaliteit.
Niet in de laatste plaats dankzij de twee allesbehalve infantiel spelende acteurs. Van der Horst en Montoya zijn Victor en Thorsten, twee keurige mannen. Ze wonen in een brandschoon huis, dragen nette schoenen en besteden een groot deel van de dag aan het oppoetsen en opruimen van hun klassieke servies. Aan het begin van de voorstelling brengen ze hun jonge publiek op de hoogte van de regels: er wordt vanmiddag niet geklierd, niet gelachen (hilariteit in de zaal) en bovenal wordt er níét over koekjes gepraat. Uiteraard breken de mannen al snel al hun eigen regels. Ze ontdekken ze dat er nog maar één koekje in de trommel zit en veranderen in beesten om maar dat laatste koekje te bemachtigen.
De hel, dat is een trommel met nog maar één koekje.
HET LAATSTE KOEKJE
Jeugdtheater (3+)
★★★☆☆
Door Het ministerie van Onverrichter Zake. Regie Danielle Wagenaar. Met Niek van der Horst en José Montoya.
1/2, De Krakeling, Amsterdam. Tournee t/m 18/5/2021.
Groene Amsterdammer Kunst & Cultuur
13 februari 2019 – verschenen in nr. 7
Toneel: ‘Fat Boys’
Brullende fantasievriend
Eva Zwart als Thomas in Fat Boys© Sanne Peper
Op de eerste rij zit een moeder omgekeerd op haar stoel. Schuin achter de vrouw zit namelijk haar dochtertje met een vriendinnetje. Alles wat het meisje beleeft, ziet de rest van het publiek weerspiegeld op het gezicht van de moeder. Die wil er zo zíjn voor haar kind dat ze de acteurs op het toneel de rug toe draait.
Voor de hoofdfiguur van de jeugdvoorstelling Fat Boys is dat geen punt. Die wacht niet tot het publiek aandacht voor hem heeft. Tot grote schrik van het meisje en haar moeder stort hij zich op de toeschouwers, klimt over stoelen, graait naar een meegebrachte tas, grijpt een bril van een hoofd en zet die zelf op. En roept daarna enthousiast hoe gezellig hij het vindt met de mensen op de tribune. Die zaten netjes te wachten op het begin van de voorstelling toen deze Thomas binnenstormde, een heel dik en druk jongetje van een jaar of tien. Pet op, rugzak om, legerbroek aan. Als even later zijn leraar verschijnt, zwaar geërgerd op zoek naar het ontsnapte kind, blijkt dat ze met de klas op een survivaluitstapje zijn. Maar omdat Thomas van de toenadering een wild achtervolgingsspelletje maakt, en het jongetje uiteindelijk in opperste weerstand uitdagend op de grond gaat liggen, geeft de wanhopige leraar het op. Hij moet naar de andere kinderen, zegt dat hij Thomas na de voorstelling weer komt ophalen en laat hem dus achter, bij ons.
De situatie die tekstschrijver en regisseur Daniëlle Wagenaar in Fat Boysbewerkstelligt, is geestig en schrijnend tegelijk. Een dagje survivallen zou juist perfect zijn voor dit kind met zijn overdaad aan energie en zijn liefde voor de natuur; in zijn rugzak zit een doos met zijn verzamelde dierenschedels en muizenskeletjes. Maar Thomas is te opgewonden om zich te schikken in de reis. En in de klas is hij te veel een buitenstaander om het gezelschap van de leerlingen te verkiezen boven dat van zijn nieuwe vrienden in de theaterzaal.
Actrice Eva Zwart maakt van Thomas een geweldig monument voor het onaangepaste kind. Aanvankelijk stoot hij iedereen van zich af met zijn ontregelende aandachttrekkerij. Ontdekt hij de knoppentafel waarmee het licht wordt bediend, dan zitten we meteen met z’n allen in het donker. Toch is het theater de beste plek waar Thomas terecht had kunnen komen. Omdat hij de ruimte krijgt om uit te razen en ons kan meenemen in zijn creatieve gedachtensprongen. We ontdekken dat zijn ouders nooit tijd voor hem hebben. We zien zelfs de figuren die in zijn hoofd zitten: de onverstaanbaar brullende, erop los beukende fantasievriend die Thomas beschermt, en de snoepjesman die hem influistert dat hij zoetigheid moet eten. Niek van der Horst, samen met Daniëlle Wagenaar de oprichter van dit nieuwe gezelschap Het Ministerie van Onverrichter Zake, speelt al deze bijfiguren sinister grotesk. Als hij weer de leraar is die Thomas komt ophalen, roept die dat hij de voorstelling nog wil zien. ‘Jij wás de voorstelling’, zegt de leraar.
Het Ministerie van Onverrichter Zake, Fat Boys, op tournee t/m 28 februari; vanaf2.nl